Kinderen uit de Antwerpse binnenstad scoren fors slechter voor het Belgische theorie-examen bij ‘Rijbewijs op school’ dan hun leeftijdsgenoten uit de provincie. Vooral de vele laaggeschoolden en een taalachterstand zouden daarvan de oorzaak zijn. Dat blijkt uit gegevens van de Vlaamse Stichting voor Verkeerskunde (VSV).

Leerlingen uit de Antwerpse binnenstad hebben een slaagkans van 46,5 procent. Terwijl leerlingen uit de provincie Antwerpen gemiddeld 55,5 procent scoren.

Slaagkans

Overigens is de gemiddelde Antwerpse score altijd nog veel slechter dan de kandidaten uit Vlaams-Brabant. Die scoren het hoogste met maar liefst 63,1% slaagkans. Limburgers halen gemiddeld 55,9%.

“Het is een algemene trend dat grote steden lager scoren dan het gemiddelde”, zegt beleidsmedewerkster Kim Jacobs van de VSV in het Nieuwsblad. “In Brussel ligt het slaagpercentage zelfs nog twee procent lager dan in Antwerpen.”

Scholieren

De VSV deed voorlopig geen onderzoek naar het slechte Antwerpse resultaat, maar de lage Brusselse score werd wel al onder de loep genomen. De belangrijkste verklaring is wellicht het feit dat Brussel veel praktijkscholen op laag niveau telt dan de omliggende regio. Deze scholieren kunnen niet zo goed omgaan met een grote hoeveelheid theorie.

Volgens Jacobs is het heel waarschijnlijk dat voor Antwerpen-stad eenzelfde verklaring geldt. Ook de taalachterstand in de steden speelt volgens haar een rol. Over heel Vlaanderen is het project ‘Rijbewijs op school’ overigens een groot succes. De slaagkans van de jongeren steeg hierdoor van 48 naar 60 procent.