De WRM-bijscholing ‘Alcohol, drugs en medicijnen in het verkeer’ is tot en met 2018 een van de nieuw beschikbare theoretische bijscholingen voor rijinstructeurs. Gedurende de twee dagdelen krijgen instructeurs inzicht in het effect van bijvoorbeeld alcohol- en drugsgebruik op de rijvaardigheid. Wilbert van Beersum, eigenaar van de Veldhovense Rij-instructeurs Opleiding, gaf de bijscholing onlangs voor de tweede keer met succes. Een inkijkje.

De bijscholing mag worden bijgewoond door rijinstructeurs die minstens drie jaar in het bezit zijn van van hun WRM-bevoegdheid. Een leerzame bijscholing waar vooral ook veel kan worden gelachen. Zo omschrijft Van Beersum het programma van de dag, dat bestaat uit een mix van informatieverstrekking en interactieve rollenspellen. “Aan het eind gaat iedereen nuchter en tevreden naar huis.”

Nieuwe bijscholing

‘Alcohol, drugs en medicijnen in het verkeer’ is samen met ‘Eerste hulp bij instructieongevallen’ en het vernieuwde ‘Leerlingvolgsysteem in de praktijk’ nieuw in de lijst van WRM-bijscholingen. Deze is bedoeld voor rijinstructeurs in de categorie A, B, C, D en E. Een belangrijke doelstelling van de bijscholing is het geven van inzicht in alcoholgebruik, drugsgebruik, gebruik van medicijnen, (overmatige) vermoeidheid en slaapdeprivatie in combinatie met rijgedrag tijdens de rijles.

Verder moet de cursus helpen om rijinstructeurs vroegtijdig het gebruik van dergelijke middelen bij kandidaten te signaleren, wat bij moet dragen aan een hogere verkeersveiligheid. Pro-actief is het de bedoeling dat de rijinstructeur tijdens de rijles de leerling bewuster maakt van de invloed en gevolgen van bepaalde middelen.

Vraagstuk oplossen

Tijdens de cursus lossen de deelnemers in drie groepen van vijf rijinstructeurs gezamenlijk een casus op. “Door de groepsoplossingen klassikaal met elkaar te vergelijken ontstaat meer inzicht in de problematiek rondom alcohol, drugs en medicijnen”, zo zegt Van Beersum, die bij deze bijscholing bij wordt gestaan door Wim Ummenthum. Hij heeft veel ervaring met het lesgeven aan jongeren over deze onderwerpen.

Tijdens de eerste editie van de cursus vroegen enkele instructeurs hoe cannabis ruikt en er uitziet. “Om die reden heb ik vooraf een coffeeshop bezocht en 1 gram gekocht”, vertelt Van Beersum. Tijdens de cursus wordt er volop aan “gesnoven” en wordt het product bekeken.

Rekensommen

De bijscholing vervolgt met een deel waarbij twee rekensommen alle deelnemers behoorlijk aan het denken zetten:

1. Een leerling gaat om 22:00 uur stappen en besluit om 04:00 uur naar huis te gaan. Hij heeft in die tussentijd 20 glazen bier gedronken. In deze 6 uur heeft het lichaam ongeveer 4 bier afgebroken en moet het lichaam na 04.00 uur nog 14 glazen bier afbreken totdat hij weer kan deelnemen aan het verkeer. Vanaf welke tijdstip is hij nuchter om rijles te nemen?
2. Een leerling koopt 3 zakjes wiet van 1 gram per zakje. Hij kan van 1 gram 4 sigaretten “draaien”. Na een week zijn de 3 zakjes leeg? Hoeveel uren is hij deze week “clean”?

De oplossing? Die wil de docent niet zomaar prijsgeven. “Daarvoor kun je naar deze bijscholing van een van de WRM-opleiders gaan.”

Rollenspel

Net voor de middag vervolgt de cursus met een rollenspel. Een rijinstructeur gaat het gesprek aan met een leerling over zijn gebruik van cannabis voor en tijdens het rijlessen. In het tweede dagdeel worden juist de praktische aspecten van de materie beleefd. Met alcohol- en drugsbrillen worden diverse oefeningen uitgevoerd. “Dat geeft een realistisch beeld van wat je overkomt bij het gebruik van deze middelen”, zo legt Van Beersum uit.

Het praktische gedeelte van de bijscholing zorgt ook voor de meeste hilariteit. De rijinstructeurs kunnen tegelijk de verschillende brillen uitproberen. Zo zijn er nachtbrillen, dagbrillen, drugsbrillen en een restalcoholbril om allemaal uit te proberen. “De bedoeling is ook juist om veel te lachen”, zo zegt Van Beersum. “Maar tegelijk is de bewustwording belangrijk. Er wordt zeker veel van opgestoken, juist omdat de instructeurs het zelf meemaken.”

Leerdoelen

Dat er iets van het praktische gedeelte van de WRM-bijscholing wordt opgestoken is nodig, want in de omschrijving ervan worden maar liefst twaalf leerdoelen aangehaald voor de rijinstructeur. Deze bestaan uit een aantal onderdelen. Een aantal doelen hebben betrekking op het herkennen en signaleren van het gebruik van alcohol, drugs, medicijnen, overmatige vermoeidheid en slaapdeprivatie bij leerlingen. Instructeurs kunnen de symptomen herkennen, en vervolgens ook aan de leerling uitleggen wat de impact is van dit gebruik op het ongevalsrisico en welke juridische gevolgen het kan hebben.

Ook de overige leerdoelen gaan over de manier waarop de instructeur het gesprek met de leerling aan kan gaan en over informatie die daarbij kan helpen. Bijvoorbeeld kan aan de hand van de rekensommen iets worden gezegd over de duur van het afbraakproces van een flinke stapavond. Van Beersum denkt dat dit geslaagd is. “De instructeurs zijn een hoop ervaringen en bedenkingen rijker. Daar gaan ze ongetwijfeld mee aan de slag.”

Lars Verpalen