Leren over ADAS en automaat? ‘Jeugd vraagt er zelf om’

Closeup view of the gear stick with multimedia console in a luxury sport car

De automaat is in opmars. Dat beseffen ze niet alleen in Duitsland, waar volop gesproken wordt over het afschaffen van de automaatcode. Ook Nederlandse rijschoolhouders stellen de vraag óf en wanneer ze de overstap moeten maken naar de automatische versnellingsbak. Rijschoolhouders gingen onlangs in Berkel-Enschot in gesprek met Verjo-directeur Chris Verstappen over hoe om te gaan met de automaat en rijondersteunende systemen (ADAS).

Nog niet zo lang geleden publiceerden Bovag en Rai vereniging cijfers over de populariteit van de automaat. Ruim een derde van de nieuw verkochte auto’s heeft een automatische vernellingsbak. Tien jaar geleden was dat nog een op de vijf nieuwe auto’s. Die ontwikkeling wordt onder meer veroorzaakt door de opmars van hybride en elektrische auto’s die standaard van automaat voorzien zijn. Ook zijn automaten gunstiger geworden in aanschaf. Bovendien zou de filedruk ook bijdragen aan de populariteit van automaten.

In Duitsland wordt al gesproken over het afschaffen van de automaatcode. Dit zou rijschoolhouders stimuleren om over te stappen op elektrische auto’s, omdat leerlingen dan geen beperkende code op hun rijbewijs krijgen opgelegd. Vorige week vertelde de voorzitter van de landelijke branchevereniging op het tweejaarlijkse rijschoolcongres in Berlijn dat die code hoe dan ook gaat verdwijnen en dat de aanpassing van de Europese regelgeving niet lang meer hoeft te duren.

Techniek omarmen

Ook tijdens het Nationaal Rijschool Congres werd gesproken over de vraag of de automaatcode over zijn houdbaarheidsdatum heen is. Rijschoolhouder Boudewijn Pijnappel was het niet helemaal eens met de uitspraken van de sprekers, onder wie Chris Verstappen van uitgeverij Verjo, waarbij werd opgeroepen de automaatcode af te schaffen. Daarom nodigde hij Verstappen uit om de discussie voor te zetten tijdens een bijeenkomst van Belangen Vereniging Rijschoolhouder Kring 71  in Berkel-Enschot, waarvan Pijnappel voorzitter is. “Dat de discussie door de heer Chris Verstappen momenteel aangekaart wordt is wellicht nog iets te vroeg”, zegt Pijnappel. “Zolang er nog 80 procent van de opgewekte energie door de schoorsteen gaat en dus niet duurzaam (zon en wind) is, is het elektrisch rijden nog lang niet per definitie milieuvriendelijk. Mede daardoor is de roep van het afschaffen van de automaatcode nog enkele jaren te vroeg.”

Verstappen zegt dat hij zijn auto – een automaat – op diesel rijdt. “Of het nu om fossiele brandstoffen gaat, elektrisch, waterstof of lng: de kern is dat wij de leerling leren een voertuig te bedienen om van A naar B te komen”, stelt Verstappen. “Dit werd al in jaren 30 van de vorige eeuw gedaan en dat blijven we doen. Alleen we stappen langzaam over naar een voertuig dat steeds meer routine taken van ons overneemt. Voertuigbeheersing gaat langzaam verdwijnen, maar er staat iets anders tegenover. Er komen steeds meer hulpmiddelen bij. Wij zullen ons dus ook als branche moeten aanpassen. We moeten nieuwe techniek omarmen om als opleidingsbranche relevant te blijven.”

Minder werk

Pijnappel vreest voor minder rijlessen in de toekomst. “Als in de toekomst de automaat de standaard wordt, dan levert ons dat toch zeker 20 procent minder werk op. Veel leerlingen hebben moeite met de koppeling. Als je dat wegneemt, hebben zij minder rijles nodig.”

Verstappen zet daar een andere trend tegenover: “Twintig jaar geleden had iedereen aan zo’n 30 rijlessen genoeg. Nu is het gemiddelde 40 tot 45. Als we overgestapt zijn op automaat, en ADAS komt erbij, dan zal het aantal rijlessen zeker niet afnemen. Je haalt hiermee een oud component (schakelen) uit de rijopleiding, en voegt er een nieuw onderdeel aan toe: het leren van de hogere ordevaardigheden.”

Vraag en aanbod

Ook stelt Pijnappel dat het wel of niet kiezen voor een automaat een kwestie is van vraag en aanbod. “Nog geen tien procent van de leerlingen zal na het rijbewijs een automaat kopen.” Verstappen merkt vervolgens op dat de auto van hun ouders steeds vaker een voertuig is met een automatische versnellingsbak. “Maar ouders die zelf een schakelauto hebben, zijn nu niet blij als ik hun kind kom ophalen met een automaat” stelt een andere rijschoolhouder op. “Vanuit het CBR of het ministerie moeten maatregelen worden genomen.”

Met dat laatste is Verstappen het eens, maar hij roept de aanwezigen op om zelf initiatief te nemen en niet te wachten op stappen vanuit het ministerie of het CBR. “Kijk naar de rijprocedure: een goed naslagwerk, maar er staat geen woord over automaat. We leiden leerlingen op voor de auto van de toekomst, niet voor het verleden. Op het Nationaal Rijschool Congres was duidelijk wat de houding is van het CBR: ze vinden het goed wat wij zeggen, zijn het er wellicht mee eens, maar het ministerie gaat over de uitvoering van de wetgeving. Niet het CBR. Als vakmensen moeten we er toch niet aan denken dat we blijven wachten totdat wetenschappers ons komen vertellen hoe we moeten gaan lesgeven. Dan krijgen we dezelfde situatie als we nu hebben met gevaarherkenning: de vakkennis bevindt zich op de werkvloer en niet bij de wetenschappers. Daarom vind ik deze bijeenkomsten zo belangrijk. Ik ga er graag naar toe omdat dan de theorie en de praktijk elkaar ontmoeten. Ik weet immers niet de waarheid, maar samen met de meningen van iedereen komen we bij een punt dat dicht bij de waarheid ligt.”

RIS-boek

Verjo heeft in de nieuwe RIS-boeken informatie opgenomen over het rijden met een automaat. “Het gaat om basale kennis. Eigenlijk zijn er maar een paar zaken die ze moeten weten: bijvoorbeeld wat D, N, R en een P betekenen, dat ze het rempedaal moeten intrappen bij het starten en dat ze hun linkervoet nooit mogen gebruiken. Een vader moet de sleutel van zijn auto mee durven geven, wat voor auto dat ook is, zonder zelf een instructie te moeten geven.”

De extra informatie die Verjo heeft opgenomen over de automaat, worden in het boek aangeduid met een apart icoontje. “Ik weet dat we een risico nemen met deze stap, net zoals we dat deden met het opnemen van ADAS in het boek. Maar we beseffen dat het toevoegen van informatie geen extra belasting moet zijn voor de leerling. Als hij het niet wil leren, kan hij het icoontje gewoon overslaan. Een leerling die wel geïnteresseerd is, kan dit onderdeel meteen meenemen. We willen bijdragen aan de bewustwording: laten we ermee beginnen. We kunnen de ontwikkelingen tenslotte niet tegenhouden.”

ADAS

Ook op het gebied van rijondersteunende systemen heeft Verstappen een boodschap: “Als wij over vijf jaar nog een baan willen hebben, zullen we naar de toekomst moeten kijken. Adaptive cruise control, steering assist: begin er als bestuurder gewoon zelf mee te experimenteren en wees niet bang.”

Verstappen stelt de instructeurs de vraag of zij cruise control gebruiken tijdens de rijles. Een meerderheid knikt bevestigend. “De jeugd is nieuwsgierig en vraagt zelf om te lessen met ADAS, zoals adaptive cruise control”, reageert een van de rijschoolhouders. Verstappen beaamt dit: “Voor de meeste leerlingen kost het leren rijden met ADAS geen extra tijd. Zij pakken het heel snel op. De jeugd heeft een heel ander perspectief: voor hen is techniek van vijf jaar geleden al prehistorie.”

Semi-autonoom

Als voorbeeld noemt verstappen de Mercedes A-klasse die binnenkort standaard wordt uitgevoerd met de steering assist, waarbij de auto het stuur overneemt. “Maar nu komt het moeilijkste: in normale, mooie weersomstandigheden, regelt de computer het wel voor je. Maar met sneeuw, regen, mist of grote drukte op de weg, moet je het stuur weer overnemen. Onze routine verdwijnt, maar zodra het moeilijk wordt, mogen wij het weer doen. Dat betekent voor de leerlingen dat zij over veel meer vaardigheden moeten beschikken, oftewel de hogere ordevaardigheden. Hun voertuigbeheersing moet uitstekend zijn; ze moeten weten hoe ze moeten ingrijpen.”

Een rijschoolhouder benadrukt de beperkingen van ADAS en geeft als voorbeeld dat zijn lesauto op de snelweg ineens afremde van 130 naar 30 kilometer per uur. Vermoedelijk een fout bij de automatische snelheidsherkenning. Gevaarlijk, stelt hij. “Klopt”, antwoordt Verstappen. “Maar ik heb liever dat ze dit bij jou meemaken, dan wanneer ze alleen in de auto zitten.”

Chris Verstappen kijkt tevreden terug op de bijeenkomst: “Ik ben blij met alle input en hoop dat we dergelijke discussies vaker kunnen voeren met de vakmensen uit de praktijk. Hiermee zorgen we dat ook in toekomst relevant blijven. Ik ben altijd bereid om in een presentatie of discussie te voeren. Samen weten we veel. “

Lees ook:

Auteur: Nadine Kieboom

Nadine Kieboom is de vaste journalist van RijschoolPro.nl

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Leren over ADAS en automaat? ‘Jeugd vraagt er zelf om’ | RijschoolPro

Leren over ADAS en automaat? ‘Jeugd vraagt er zelf om’

Closeup view of the gear stick with multimedia console in a luxury sport car

De automaat is in opmars. Dat beseffen ze niet alleen in Duitsland, waar volop gesproken wordt over het afschaffen van de automaatcode. Ook Nederlandse rijschoolhouders stellen de vraag óf en wanneer ze de overstap moeten maken naar de automatische versnellingsbak. Rijschoolhouders gingen onlangs in Berkel-Enschot in gesprek met Verjo-directeur Chris Verstappen over hoe om te gaan met de automaat en rijondersteunende systemen (ADAS).

Nog niet zo lang geleden publiceerden Bovag en Rai vereniging cijfers over de populariteit van de automaat. Ruim een derde van de nieuw verkochte auto’s heeft een automatische vernellingsbak. Tien jaar geleden was dat nog een op de vijf nieuwe auto’s. Die ontwikkeling wordt onder meer veroorzaakt door de opmars van hybride en elektrische auto’s die standaard van automaat voorzien zijn. Ook zijn automaten gunstiger geworden in aanschaf. Bovendien zou de filedruk ook bijdragen aan de populariteit van automaten.

In Duitsland wordt al gesproken over het afschaffen van de automaatcode. Dit zou rijschoolhouders stimuleren om over te stappen op elektrische auto’s, omdat leerlingen dan geen beperkende code op hun rijbewijs krijgen opgelegd. Vorige week vertelde de voorzitter van de landelijke branchevereniging op het tweejaarlijkse rijschoolcongres in Berlijn dat die code hoe dan ook gaat verdwijnen en dat de aanpassing van de Europese regelgeving niet lang meer hoeft te duren.

Techniek omarmen

Ook tijdens het Nationaal Rijschool Congres werd gesproken over de vraag of de automaatcode over zijn houdbaarheidsdatum heen is. Rijschoolhouder Boudewijn Pijnappel was het niet helemaal eens met de uitspraken van de sprekers, onder wie Chris Verstappen van uitgeverij Verjo, waarbij werd opgeroepen de automaatcode af te schaffen. Daarom nodigde hij Verstappen uit om de discussie voor te zetten tijdens een bijeenkomst van Belangen Vereniging Rijschoolhouder Kring 71  in Berkel-Enschot, waarvan Pijnappel voorzitter is. “Dat de discussie door de heer Chris Verstappen momenteel aangekaart wordt is wellicht nog iets te vroeg”, zegt Pijnappel. “Zolang er nog 80 procent van de opgewekte energie door de schoorsteen gaat en dus niet duurzaam (zon en wind) is, is het elektrisch rijden nog lang niet per definitie milieuvriendelijk. Mede daardoor is de roep van het afschaffen van de automaatcode nog enkele jaren te vroeg.”

Verstappen zegt dat hij zijn auto – een automaat – op diesel rijdt. “Of het nu om fossiele brandstoffen gaat, elektrisch, waterstof of lng: de kern is dat wij de leerling leren een voertuig te bedienen om van A naar B te komen”, stelt Verstappen. “Dit werd al in jaren 30 van de vorige eeuw gedaan en dat blijven we doen. Alleen we stappen langzaam over naar een voertuig dat steeds meer routine taken van ons overneemt. Voertuigbeheersing gaat langzaam verdwijnen, maar er staat iets anders tegenover. Er komen steeds meer hulpmiddelen bij. Wij zullen ons dus ook als branche moeten aanpassen. We moeten nieuwe techniek omarmen om als opleidingsbranche relevant te blijven.”

Minder werk

Pijnappel vreest voor minder rijlessen in de toekomst. “Als in de toekomst de automaat de standaard wordt, dan levert ons dat toch zeker 20 procent minder werk op. Veel leerlingen hebben moeite met de koppeling. Als je dat wegneemt, hebben zij minder rijles nodig.”

Verstappen zet daar een andere trend tegenover: “Twintig jaar geleden had iedereen aan zo’n 30 rijlessen genoeg. Nu is het gemiddelde 40 tot 45. Als we overgestapt zijn op automaat, en ADAS komt erbij, dan zal het aantal rijlessen zeker niet afnemen. Je haalt hiermee een oud component (schakelen) uit de rijopleiding, en voegt er een nieuw onderdeel aan toe: het leren van de hogere ordevaardigheden.”

Vraag en aanbod

Ook stelt Pijnappel dat het wel of niet kiezen voor een automaat een kwestie is van vraag en aanbod. “Nog geen tien procent van de leerlingen zal na het rijbewijs een automaat kopen.” Verstappen merkt vervolgens op dat de auto van hun ouders steeds vaker een voertuig is met een automatische versnellingsbak. “Maar ouders die zelf een schakelauto hebben, zijn nu niet blij als ik hun kind kom ophalen met een automaat” stelt een andere rijschoolhouder op. “Vanuit het CBR of het ministerie moeten maatregelen worden genomen.”

Met dat laatste is Verstappen het eens, maar hij roept de aanwezigen op om zelf initiatief te nemen en niet te wachten op stappen vanuit het ministerie of het CBR. “Kijk naar de rijprocedure: een goed naslagwerk, maar er staat geen woord over automaat. We leiden leerlingen op voor de auto van de toekomst, niet voor het verleden. Op het Nationaal Rijschool Congres was duidelijk wat de houding is van het CBR: ze vinden het goed wat wij zeggen, zijn het er wellicht mee eens, maar het ministerie gaat over de uitvoering van de wetgeving. Niet het CBR. Als vakmensen moeten we er toch niet aan denken dat we blijven wachten totdat wetenschappers ons komen vertellen hoe we moeten gaan lesgeven. Dan krijgen we dezelfde situatie als we nu hebben met gevaarherkenning: de vakkennis bevindt zich op de werkvloer en niet bij de wetenschappers. Daarom vind ik deze bijeenkomsten zo belangrijk. Ik ga er graag naar toe omdat dan de theorie en de praktijk elkaar ontmoeten. Ik weet immers niet de waarheid, maar samen met de meningen van iedereen komen we bij een punt dat dicht bij de waarheid ligt.”

RIS-boek

Verjo heeft in de nieuwe RIS-boeken informatie opgenomen over het rijden met een automaat. “Het gaat om basale kennis. Eigenlijk zijn er maar een paar zaken die ze moeten weten: bijvoorbeeld wat D, N, R en een P betekenen, dat ze het rempedaal moeten intrappen bij het starten en dat ze hun linkervoet nooit mogen gebruiken. Een vader moet de sleutel van zijn auto mee durven geven, wat voor auto dat ook is, zonder zelf een instructie te moeten geven.”

De extra informatie die Verjo heeft opgenomen over de automaat, worden in het boek aangeduid met een apart icoontje. “Ik weet dat we een risico nemen met deze stap, net zoals we dat deden met het opnemen van ADAS in het boek. Maar we beseffen dat het toevoegen van informatie geen extra belasting moet zijn voor de leerling. Als hij het niet wil leren, kan hij het icoontje gewoon overslaan. Een leerling die wel geïnteresseerd is, kan dit onderdeel meteen meenemen. We willen bijdragen aan de bewustwording: laten we ermee beginnen. We kunnen de ontwikkelingen tenslotte niet tegenhouden.”

ADAS

Ook op het gebied van rijondersteunende systemen heeft Verstappen een boodschap: “Als wij over vijf jaar nog een baan willen hebben, zullen we naar de toekomst moeten kijken. Adaptive cruise control, steering assist: begin er als bestuurder gewoon zelf mee te experimenteren en wees niet bang.”

Verstappen stelt de instructeurs de vraag of zij cruise control gebruiken tijdens de rijles. Een meerderheid knikt bevestigend. “De jeugd is nieuwsgierig en vraagt zelf om te lessen met ADAS, zoals adaptive cruise control”, reageert een van de rijschoolhouders. Verstappen beaamt dit: “Voor de meeste leerlingen kost het leren rijden met ADAS geen extra tijd. Zij pakken het heel snel op. De jeugd heeft een heel ander perspectief: voor hen is techniek van vijf jaar geleden al prehistorie.”

Semi-autonoom

Als voorbeeld noemt verstappen de Mercedes A-klasse die binnenkort standaard wordt uitgevoerd met de steering assist, waarbij de auto het stuur overneemt. “Maar nu komt het moeilijkste: in normale, mooie weersomstandigheden, regelt de computer het wel voor je. Maar met sneeuw, regen, mist of grote drukte op de weg, moet je het stuur weer overnemen. Onze routine verdwijnt, maar zodra het moeilijk wordt, mogen wij het weer doen. Dat betekent voor de leerlingen dat zij over veel meer vaardigheden moeten beschikken, oftewel de hogere ordevaardigheden. Hun voertuigbeheersing moet uitstekend zijn; ze moeten weten hoe ze moeten ingrijpen.”

Een rijschoolhouder benadrukt de beperkingen van ADAS en geeft als voorbeeld dat zijn lesauto op de snelweg ineens afremde van 130 naar 30 kilometer per uur. Vermoedelijk een fout bij de automatische snelheidsherkenning. Gevaarlijk, stelt hij. “Klopt”, antwoordt Verstappen. “Maar ik heb liever dat ze dit bij jou meemaken, dan wanneer ze alleen in de auto zitten.”

Chris Verstappen kijkt tevreden terug op de bijeenkomst: “Ik ben blij met alle input en hoop dat we dergelijke discussies vaker kunnen voeren met de vakmensen uit de praktijk. Hiermee zorgen we dat ook in toekomst relevant blijven. Ik ben altijd bereid om in een presentatie of discussie te voeren. Samen weten we veel. “

Lees ook:

Auteur: Nadine Kieboom

Nadine Kieboom is de vaste journalist van RijschoolPro.nl

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.