De LBKR mag zich vanaf donderdagmiddag 28 maart officieel een vereniging noemen. Hiermee wordt de club naast de FAM, VRB en BOVAG de vierde branchevereniging binnen de rijschoolsector. Maar de kersverse vereniging heeft nog flink wat stappen te maken voordat deze mag deelnemen aan de officiële gesprekken tussen brancheverenigingen en CBR.

Donderdag brengt het bestuur van LBKR een bezoek aan de notaris, daarna wordt de eerste algemene ledenvergadering gehouden in Epe. “Een mijlpaal”, zegt LBKR-voorzitter Jos Post. “Al verandert er eigenlijk niet eens zo veel. Alles wordt nu iets formeler en dat is ook goed. Leden hadden al inspraak, maar nu is dat officieel vastgelegd. Er komt nu een jaarlijkse ledenvergadering, maar we hielden al bijeenkomsten.”

Deelname BVO

De vereniging start met zo’n 150 betalende leden. Zij betalen 20 euro per jaar, of 50 euro inclusief een lidmaatschap bij ZZP Nederland. Post is tevreden met het aantal, maar beseft ook dat de vereniging nog wat stappen te maken heeft. Doel is om eind van het jaar 300 leden te hebben. Dan voldoet de LBKR aan een van de eisen om deel te nemen aan het Branche Voorzitters Overleg (BVO), een vergadering tussen brancheverenigingen en het CBR.

“We hebben al ideeën om dit aantal te bereiken. We denken bijvoorbeeld aan samenwerkingen met regionale rijschoolverenigingen. Daarnaast hebben we een samenwerkingsverband met CNV, waarbij ook instructeurs in loondienst zijn aangesloten Binnenkort hebben we weer met het CBR een gesprek over de eisen om toe te treden tot het BVO.”

Lees ook: LBKR wil aansluiten bij overleg en wordt vereniging