‘Praktijkexamen verdwijnt; rijvaardigheid bepaald op basis van data’
Wat kunnen rijschoolhouders de komende vijf jaar verwachten bij het ondernemen? Leandro Loenen en Ivan Roy, studenten Bedrijfskunde bij Avans Hogeschool in Den Bosch, doken voor hun afstudeerproject in de wereld van de rijschoolbranche en hielden tal van gesprekken met deskundigen. Hun conclusie is hieronder te lezen.
“De belangrijkste verandering in de rijschool van 2024 met een rijschool van nu is de aandacht voor ADAS. In 2022 zijn vijftien ADAS-onderdelen verplicht in nieuwe auto’s (European Commission, 2019). Het is dus onvermijdelijk dat rijscholen hier ook mee te maken gaan krijgen.
Naast voertuigbeheersing en veilig rijden zal het op de juiste manier gebruiken van ADAS een prominente rol krijgen binnen de rijopleiding. De verwachting is dat ADAS op termijn ook opgenomen wordt in het examen door het CBR. Dit zal niet de enige verandering zijn die plaats zal vinden in het examen. De verwachting is dat steeds meer op basis van data bepaald zal worden of een leerling wel of niet rijvaardig is, ook wel learning analytics genoemd. Het praktijkexamen zal in dat geval alleen nog gebruikt worden om te toetsen of twijfelgevallen op een voldoende niveau zitten.
ADAS wordt op korte termijn opgenomen in het examen
Een andere trend die van invloed zal zijn op rijscholen, is het toenemende gebruik van alternatieve brandstoffen. Momenteel zijn er al enkele rijscholen die lesgeven in elektrische auto’s en dit zal verder toenemen. Ook auto’s op waterstof zullen populairder worden vanwege de voordelen die zij bieden ten opzichte van elektrische auto’s, zoals een grotere actieradius en het sneller tanken. Deze auto’s op alternatieve brandstoffen hebben een automatische transmissie en zijn dus geen schakelauto’s. Lessen in automaten zal gebruikelijk zijn en rijscholen zullen hun schakelauto’s dan ook steeds meer van de hand doen.
De digitalisering van de samenleving zal ook terug te zien zijn in de rijschoolbranche, in verschillende varianten. Zo zal er steeds meer online geregeld worden. Denk hierbij aan het plannen van lessen en de facturatie. Voornamelijk de marketing zal steeds meer via online kanalen plaatsvinden. Deze zullen ingezet worden om klanten, die steeds meer online actief zijn, te werven. Vervolgens zal digitalisering in het gebruik van virtual reality en simulatoren ingezet worden. Deze nieuwe vormen van lesgeven zullen in combinatie worden gebruikt met de huidige lesmodules.
De dominantie van zzp’ers in de markt zal aanhouden en mogelijk blijven stijgen. De ‘order winner’ zal prijs blijven, waar eenpitters zich beter op kunnen onderscheiden. Door behoefte aan ontzorging zullen zzp’ers zich blijven aansluiten bij grote franchiseorganisaties. Grote rijscholen zullen door deze ontwikkeling de overweging kunnen maken om het rijbewijs B te schrappen door de lage marges. Mochten ze de keuze maken dit niet te doen, is waardetoevoeging cruciaal in de vorm van klantbeleving en gemak.
Door behoefte aan ontzorging zullen zzp’ers zich blijven aansluiten bij grote franchiseorganisaties.
Ontwikkelingen die rijscholen in gevaar zouden kunnen brengen zijn bijvoorbeeld de invoering van wegenbelasting per kilometer en de stimulatie van het openbaar vervoer. Rijscholen rijden een bovengemiddeld aantal kilometers per jaar, wat een stijging van de kosten tot gevolg zou hebben. Daarnaast is de toenemende bereikbaarheid met het openbaar vervoer een reden om het halen van een rijbewijs uit te stellen. Een persoon heeft het rijbewijs simpelweg minder snel nodig.
De belangrijkste drijvende krachten die bepalen waar de rijscholenbranche in de toekomst naartoe gaat, zijn technologische ontwikkelingen en de overheid. Technologische ontwikkelingen zijn leidend in vernieuwingen in de auto- en mobiliteitsindustrie. De branche van rijscholen wordt direct beïnvloed door deze vernieuwingen. Ook is het hoogst onzeker hoe snel deze ontwikkelingen zullen gaan verlopen. Vervolgens schetsen de geïnterviewden dat innovatie en verandering in de branche wordt geremd of gestimuleerd door de overheid. Hieronder wordt ook het CBR gezien, die actief is als zelfstandig bestuursorgaan (zbo). Normen en besluiten worden onderaan de de streep genomen door deze stakeholder.
Uit bovenstaande omschrijving kan geconcludeerd worden dat er grote veranderingen worden verwacht. Rijscholen die zich niet gaan ontwikkelen in de komende vijf jaar, zullen in 2024 niet meer relevant zijn. Dus de ‘traditionele’ markt wordt verleden tijd.”
Lees ook: ‘Leid bestuurder op voor toekomst, niet voor verleden’
Waar in dit artikel word gerefereerd naar de Titel van dit bericht?
Zeker gezien de deterministisch woord keuze.
Gewoon klick bait dus.
Tevens neemt het gebruik v simulatoren alleen maar af, en ik hoor er tegen woordig nooit meer wat over, en terrecht want de leerling zit er met een hele andere emotie en interactie, ook waren de situaties die geprogrammeerd rond uit bagger,en ver van realistisch.
Het gebruik van een rijsimulator moet gestimuleerd worden. Een aantal voorbeelden: 1) De leerling krijgt van de rijinstructeur verkeerstheorie en rijinstructie m.b.v. een rijsimulator (de virtuele instructeur wordt tijdelijk uitgeschakeld). Hierna, wordt de leerling gecoacht in een lesauto. 2) De leerling krijgt van de rijinstructeur verschillende virtuele verkeersopgaven waarbij een verkeersoplossing(en) gezocht moeten worden. Hierna, worden deze verkeersopgaven in de praktijk/lesauto getoetst.
Het gebruik van een rijsimulator tijdens de opleiding en de bijscholing van rijinstructeurs. Een aantal voorbeelden: 1) De rijinstructeur in opleiding geeft rijlessen aan echte leerling (bv. vmbo-leerling) m.b.v. een rijsimulator (de virtuele instructeur is uitgeschakeld). 2) De bijscholing “coaching en feedback Geven” bestaat uit een theoretisch- en praktisch deel; in het praktische deel wordt het theoretische deel getoetst m.b.v. een rijsimulator (de virtuele instructeur is uitgeschakeld).
Over technologische ontwikkelingen en het verkrijgen van data: het invoeren van het Verkeerseducatie Voorgezet Onderwijs Autorijbewijs (VVOA). Het VVOA bestaat uit: 1) Leerling-bestuurder monitoring systeem. 2) Een drietal fasen (beginnende-, voorbereidende- en vervolmakende fase). 3) Verkeersdeskundige (lesgever, begeleider en adviseur).
Vervolg: Het VVOA bestaat uit een drietal fasen, te weten: 1) Beginnende fase (voor jongeren jonger dan 16 jaar), 2) Voorbereidende fase (voor jongeren tussen 16 en 18 jaar) en 3) Vervolmakende fase (voor beginnende bestuurder van 18 jaar en ouder).
Vervolg: In de beginnende fase worden de volgende thema’s behandeld: tienerbrein en gedrag, verkeerstheorie- en praktijklessen, verkeer gerelateerde theorie- en praktijklessen, hogere orde vaardigheden training, emotionele regulatie training / face-to-face communicatie, rijsimulator en mentor training (voor ouders/begeleiders).
Vervolg: In de voorbereidende fase worden de volgende thema’s behandeld: thema’s uit de beginnende fase, praktische- en theoretische rijlessen, verkeerstheorie- praktijk CBR-examen en begeleiden rijden (2toDrive). Tot slot, in de vervolmakende fase worden de volgende thema’s behandeld: thema’s uit de beginnende- en voorbereidende fase, zelfstandig rijden en bestuurder (verbeterende) trainingen.
Een mogelijke optie aan het eind van het traject is het voorbereiden van een autovakantie naar Noorwegen (lang smalle tunnels, smalle wegen, bergen, sneeuw, parkeren – schuin – op een veerboot). Noorwegen is bij uitstek een uitstekend land om de rijvaardigheid van de beginnende bestuurder te testen.
Het is de bedoeling dat het VVOA wordt het meest geavanceerde verkeerseducatieprogramma van Europa. Het VVOA heeft: een mobiele app, in-vehicle apparaat (OBD-II – simkaart verbinding), een ouders/begeleider web-portel en een leerling/bestuurder web-portel. Ook bestaat de mogelijk een samenwerking te gaan met autoverzekeraars: als de beginnende bestuurder veilig rijdt, dan betaalt hij/zij minder premies. De rijinstructeur houdt zich alleen bezig met praktische rijlessen (rijsimulator/lesauto).
Over de rijinstructeur: tijdens het traject werkt de rijinstructeur samen met een verkeersdeskundige, bv. samen een aangepast rijlesplan opstellen voor een leerling. Een voorbeeld: tijdens de praktische rijlessen controleert de rijinstructeur of de leerling in staat is de verworven verkeerskennis te kunnen toepassen in de praktijk. Hierbij kan de rijinstructeur gebruikmaken van de data uit het monitoring systeem. Uit de data blijkt dat de leerling te snel rijdt in een bocht.
Over Leerling-bestuurder monitoring systeem: dit systeem is te vergelijken met een leerlingvolgsysteem in het basisonderwijs. De verkregen data voor het monitoring systeem komt voort uit verschillende bronnen (zoals: OBD-II met GPS en videobeelden in de (les)auto, weer- en fileberichten). In de VS is zo’n monitoring systeem al ontwikkeld: IMS Young Drivers Intelligence (YDI). De componenten van de YDI: mobiele app, in-vehicle apparaat (OBD-II met GPS), ouders- en beginnende bestuurders portal.
Er zijn verschillende onderzoekingen uitgevoerd met gebruik maken van de Q-sensor van Affectiva om de linkerpols om bv. fysiologische maten te gebruiken om de cognitieve belasting te meten tijdens het leren autorijden. Het gebruik van zo’n armbandje zou je kunnen gebruiken tijdens het leren autorijden om het stressniveau bij leerling te meten en met deze gegevens de rijlessen aan te passen. Een voorbeeld: een leerling vertoont een hoog stressniveau bij kruispunten. Rijlessen worden aangepast.
Over verkeerseducatie: In België had je het project Rijbewijs op School. In dit project leerlingen ouder dan 17 konden op dit initiatief ingaan om een opleiding te volgen bij professionele monitoren en gratis het theorie-examen voor het rijbewijs categorie B af te leggen in schoolverband. In het schooljaar 2018-2019 zijn er 2 nieuwe projecten: Rijbewijzer in de Klas (organiseer theorielessen op school) en mijnrijbewijsB.be (studeer op het online leerplatform de theorie voor het autorijbewijs).
Over verkeerseducatie: In Nederland is de verkeerseducatie in het voortgezet onderwijs langzamerhand aan het toenemen, echter er zijn geen verkeerseducatie in het voortgezet onderwijs voor het behalen van een autorijbewijs (zoals in België). Zowel in België als in Nederland (en misschien heel Europa) zijn er geen verkeerseducatieprogramma’s waarbij wordt gebruikt van data uit een monitoring systeem.
Over een bestuurder monitoring systeem: Het Dation Rijschoolsoftware bedrijf (Hengelo) heeft ooit geëxperimenteerd met een OBDII dongle (de Trippr Stick) die werd gebruikt tijdens de rijlessen. De gegevens uit de dongle werden gebruikt om de rijbewijsleerling te adviseren en te ondersteunen in de verbetering van zijn/haar rijstijl. Een voorbode van een verkeerseducatieprogramma (zoals VVOA), gebaseerd op data?
Over de rijsimulator waarbij de virtuele instructeur wordt (tijdelijk) uitgeschakeld: de rijinstructeur neemt de plaats in van de virtuele instructeur. Anders gezegd: de rijinstructeur geeft rijlessen aan een rijbewijsleerling in een virtuele verkeersomgeving. Door de combinatie van theorie (de leerstof) en praktijk (de rijsimulator), begrijpt de rijbewijsleerling de leerstof beter dan alleen het bestuderen van de leerstof uit een boek.
Over het trainen van rijinstructeurs: elke lesauto die betrokken is bij het verkeerseducatieprogramma VVOA is verplicht naast een OBDII dongle met gps ook een tweelens camera (video-opnames in en buiten de lesauto) te plaatsen. Tijdens de rijlessen worden video-opnames gemaakt die gebruik kunnen worden voor trainingsdoeleinden. Als je bijvoorbeeld een klantenservice opbelt over een product, krijg je vaak te horen: “dit gesprek kan opgenomen worden voor trainingsdoeleinden”.