Alle zzp’ers, dus ook zelfstandige rijinstructeurs, moeten zich in de toekomst verplicht verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. De Stichting van de Arbeid deed begin maart een voorstel voor die verplichte verzekering (aov). Acht vragen en antwoorden over dit voorstel.

Waar gaat dit ook alweer over?
In het pensioenakkoord van 2019 is afgesproken dat zelfstandig ondernemers zich verplicht moeten verzekeren tegen langdurige ziekte en arbeidsongeschiktheid. Door een verzekering voor zzp’ers verplicht te stellen, zijn straks alle werkenden beschermd tegen de gevolgen van arbeidsongeschiktheid, is het idee. Er zijn steeds meer zelfstandigen en steeds minder van hen zijn verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid, vandaar dat een verplichte aov onderdeel is van het pensioenakkoord.

In het pensioenakkoord is afgesproken dat er in 2020 een voorstel moet liggen over de aov. Het voorstel is in opdracht van de overheid gemaakt door de Stichting van de Arbeid, een overlegorgaan van werkgevers- en werknemersorganisaties. Begin maart is het voorstel aan Wouter Koolmees overhandigd, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Bekijk hier het gehele voorstel.

Voor wie is deze verplichte aov?
De verzekering geldt voor zelfstandigen die geen personeel in dienst hebben. Zij nemen automatisch deel aan de verzekering. Dat voorkomt uitsluiting op basis van leeftijd, beroep of medische risico’s.

In de rijschoolbranche heeft momenteel ongeveer vier op de tien zelfstandigen niets geregeld tegen arbeidsongeschiktheid. Ongeveer een kwart van rijinstructeurs heeft een aov, anderen kiezen voor een broodfonds of hebben een spaarpot voor noodgevallen. De branche telt 7.287 zzp’s, zij zijn straks allemaal verplicht een aov af te sluiten.

Wat gaat het me kosten?
De hoogte van de premie is afhankelijk van een aantal keuzes. Zo kan je kiezen voor een eigen risico van zes maanden, één jaar of twee jaar. Vanaf een inkomen van 20.000 euro bruto per jaar valt de premie tussen de 120 en 220 euro bruto per maand, het bedrag is fiscaal aftrekbaar. Netto komt de premie neer op 85 tot 150 euro per maand. Tussen haakjes: dat is dus bij een inkomen van 20.000 euro bruto en een maximale dekking.

Waar heb ik recht op ik als ik arbeidsongeschikt raak?
Met deze verzekering wordt het inkomen tot maximaal 30.000 bruto per jaar gedekt. Als je onverhoopt langdurig uitvalt, ontvang je 70 procent van dat inkomen. Dat komt neer op 1650 euro bruto per maand, dat bedrag staat gelijk aan het wettelijke minimumloon. Ook wordt er hulp bij terugkeer in het werk geboden.

Even ter vergelijking: wie nu niets heeft geregeld valt terug op eigen reserves en komt uiteindelijk in de bijstand, dat is 1050 euro per maand.

Wie gaat de verzekering regelen?
De Stichting van de Arbeid stelt voor om de uitvoering onder te brengen bij het UWV. De premie betaal je dan aan de Belastingdienst. Het idee is dat de kosten op deze manier zo laag mogelijk blijven.

Wat als ik al verzekerd ben?
Het is mogelijk om een andere of aanvullende verzekering af te sluiten. De verplichte aov geldt als een minimale standaard. Behoud van een huidige verzekering is dus zeker een optie, je kunt je ook voor een hogere uitkering bij ziekte verzekeren.

Voor wanneer moet ik deze verzekering afsluiten?
Het voorstel ligt nu bij de minister. Nu moet het verder uitgewerkt gaan worden. Ook zijn er tegengeluiden. De verwachting is dat de invoering nog wel een paar jaar op zich laat wachten, tot ongeveer 2024.

Kan het voorstel nog worden aangepast?
Een arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt hoe dan ook verplicht voor zelfstandigen. Minister Koolmees heeft gezegd dat hij dit voorstel een grote stap vindt. Dat betekent echter niet dit definitief is. Voor de zomer komt het kabinet met een eigen voorstel. Dat voorstel kan afwijken, maar verwacht wordt dat dit op grote lijnen hetzelfde is.

Lees ook: 

• Vier op tien zzp’ers in rijschoolbranche heeft geen voorziening arbeidsongeschiktheid
• 8.903 rijscholen in Nederland, gros is gevestigd in Zuid-Holland