Het Openbaar Ministerie (OM) wil dat de rijmethodiek  waarbij arrestatieteams  in verschillende voertuigen in hoge snelheid in een zogeheten ’treintje’ rijden geëvalueerd wordt. Zo’n evaluatie zou verkeersongelukken moeten voorkomen. Dat schrijft het OM in een brief aan de politie.

Aanleiding voor de brief is het dodelijke ongeval dat een lid van het arrestatieteam in maart van dit jaar in Eindhoven veroorzaakte. Daarbij kwam een 18-jarige bestuurster van een bromfiets om het leven. De politieagent maakte deel uit van een reeks van vijf voertuigen van een arrestatieteam die achter elkaar reden over de busbaan. De voertuigen waren onderweg naar Bergeijk, waar een man dreigde een aantal mensen dood te schieten.

Botsing

Bij deze methodiek is het gebruikelijk dat de bestuurder van het voorste voertuig bij het naderen van een kruispunt het kruispunt blokkeert door zijn wagen stil te zetten, zodat de rest snel door kan rijden. Bij het kruispunt waar het ongeluk gebeurde is die methode inderdaad gebruikt. Toch kon niet voorkomen worden dat het vijfde voertuig in botsing kwam met de bestuurster van een bromfiets. Zij trok op toen het licht voor haar groen was. Bij de botsing kwam de vrouw om het leven. Een andere bromfietser die bij het verkeerslicht stond te wachten, was wel blijven staan en bleef ongedeerd.

Het OM heeft vorige maand besloten dat de politieagent niet strafrechtelijk vervolgd wordt. Weliswaar bleek uit onderzoeken dat de politieagent vlak voor de botsing tussen de 90 en 100 kilometer per uur moet hebben gereden, maar doordat er sprake was van een spoedsituatie oordeelde het OM de manier van rijden van het arrestatieteam als gerechtvaardigd.

Opleiding

De politie heeft volgens een woordvoerster van het OM laten weten dat een evaluatie standaard plaatsvindt bij dit soort ongelukken. Ook zou deze zaak inmiddels als voorbeeld gebruikt worden bij de opleidingen van de Politieacademie.